Weerstand of stroming

Het was even een tijdje stil in mij. Het enige dat ik voelde was een weerstand tegen wat ik zag gebeuren in de wereld. Het leek alsof openstaan voor elkaar en luisteren naar een ander, een onmogelijkheid was geworden. En dus… wat kon ik er nog over zeggen? Mijn woorden verdwenen steeds weer als vanzelf. Totdat ik me iets realiseerde. Iets dat notabene te maken heeft met een vak dat ik vroeger niet echt kon waarderen: natuurkunde.

De wet van Ohm maakt duidelijk wat weerstand doet. Hoe groter de weerstand (R), des te trager is de stroom (I). Dus wie wil dat iets stevig wordt en lang blijft (neem bijvoorbeeld een dijk tegen het wassende water), moet vooral zorgen voor een grote weerstand.

Andersom werkt het ook. Als het gaat om dingen in jezelf die je liever niet voelt, zoals pijn of nare gevoelens, dan helpt weerstand je niet. Integendeel, die zorgt dat het blijft voortbestaan. ‘What you resist, persists’ kun je in het Engels zo mooi zeggen. Hoe meer weerstand je hebt van binnen, hoe minder de energie vrijuit kan stromen. De blokkade zorgt ervoor dat de pijn of het verdriet blijft, de helende stroom kan niet op gang komen. 

Er zit dus echt maar één ding op. Verleg je aandacht naar ontspanning, acceptatie en het toelaten. Of het nu gaat om pijn in je lichaam, in je geest of ten aanzien van de wereld, het opgeven van de weerstand zorgt voor (door)stroming. En ja, dat vrijlaten kan zeker gepaard gaan met tranen of boosheid. Maar één ding is zeker: opluchting zal je beloning zijn. Want stromen voelt een stuk natuurlijker dan vastzitten. 

De weerstand in de natuurkunde wordt uitgedrukt met de naam van de ontdekker: Ohm. Laat dat nu ook de klank zijn waarmee je tot ont-spanning komt in meditaties. Het wordt ook wel het eerste woord van de schepping genoemd. Hoe symbolisch, dat juist met Ohm mijn woorden weer gaan stromen. 

Comments are closed.